De student bestudeert onder begeleiding allerlei materialen en technieken en via experimenten onderzoekt hij de creatieve mogelijkheden ervan.
Doelstellingen
A. Algemene competenties
01. Denk- en redeneervaardigheid
02. Informatie verwerven en verwerken
07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
Toelichting:
C. Beroepsspecifieke competenties
C03 Inhoudelijk expert.
C04 Organisator.
C10 Cultuurparticipant.
Toelichting:
Als inhoudelijk expert kan de student
- de juiste vakterminologie hanteren.
- een beperkt aantal technieken herkennen en deze op een eenvoudige manier omschrijven.
- rekening houdend met de eigenschappen van de gebruikte materialen, een aantal technieken correct toepassen.
- zich krachtig uitdrukken in een aantal materialen en technieken.
Als organisator kan de student
- degelijk werk maken en presenteren binnen een bepaald tijdsbestek, rekening houdend met praktische voorbereidingen en afspraken.
Als cultuurparticipant kan de student
- zich openstellen voor de manier waarop kunstenaars materialen en technieken gebruiken om iets welbepaald uit te drukken en in functie hiervan enkele technieken onderzoeken.
Vereiste voorkennis
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
Een duidelijke interesse voor kunst en cultuur in het algemeen.
zich openstellen voor de verscheidenheid aan materialen en technieken.
Leermiddelen
A. Type
audiovisueel materiaal
Andere: werkfiches, didactische voorbeelden, materialen zo
B. Verplichte leermiddelen
- eigen cursus van de docent
- Smith. R.. Nieuw Handboek voor de Kunstenaar, W. Gaade, Houten, 1998. (ISBN 9060175948)
C. Aanbevolen leermiddelen
- Informatie en beeldmateriaal uit tijdschriften en boeken over technieken en materialen.
Werkvormen
A. Types
hoorcollege
Andere: individuele opdrachten
B. Omschrijving
Evaluatie
A. Types
B. Omschrijving
Dit opleidingsonderdeel wordt voor 70% permanent geëvalueerd . Voor 30% wordt dit OO geëvalueerd door middel van een schriftelijk examen.
In de derde zittijd wordt het cijfer van permanente evaluatie voor 50% overgedragen en wordt er een aangepaste taak gegeven voor de overige 50%.
Begeleiding
Tijdens atelieruren krijgt de student de kans om technieken en vaardigheden in te oefenen.