De stage bestaat uit verschillende aspecten: project 'leren thuis leren', een korte 'gewone' stage en een lange uitgroeistage. Voor de studenten AV wordt dit pakket aangevuld met een keuzestage in de brede educatieve en onderwijscontext. Voor de studenten LO-BR en PO-PKV wordt dit pakket aangevuld met bosklassen
De korte stage en 'Leren thuis leren' is voorzien tijdens het eerste semester. In het tweede semester volgt de lange uitgroeistage met zelfstandige planning. In het stagevademecum is er per afstudeerrichting en per jaar concreet uitgeschreven uit welke activiteiten het stagepakket bestaat.
In het derde jaar van de opleiding bekwaamt de student zich verder in en verruimt hij de basiscompetenties waarin hij reeds een behoorlijk niveau bereikt heeft.
-Als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen en als inhoudelijk expert kan hij verbanden leggen met andere vakken, vernieuwend werken binnen de lessen zowel op vlak van inhoud als van methode.
-Als opvoeder en organisator kan hij een rijke leeromgeving creëren, verantwoordelijkheid opnemen, socio-emotionele en gedragsproblemen detecteren bij leerlingen.
-Als innovator kan hij zijn eigen leertraject in handen nemen. Hij benut de kansen die zich tijdens een stage voordoen om zich te bekwamen in competenties die minder aan bod zijn gekomen in de stages van het eerste en het tweede jaar.
-Als partner van ouders en verzorgers is hij op de hoogte van de manier waarop de stageschool dit organiseert, neemt deel aan oudercontacten indien mogelijk.
-Als lid van een schoolteam kan hij in een team functioneren, zijn eigen functioneren bespreken met collega's.
-Als partner van externen gaat hij na op welke manier de school contacten onderhoudt met externe instanties.
-Als lid van de onderwijsgemeenschap volgt hij op wat er gebeurt in het werkveld.
-Als cultuurparticipant volgt hij op wat er rondom hem gebeurt in de wereld, verruimt hij de blik van de leerlingen op de wereld, helpt hij de leerlingen hun weg te vinden in de maatschappij.
-Hij verwerft grotendeels de volgende attitudes: beslissingsvermogen, correcte omgangsvorm,communicatieve vaardigheid, relationele gerichtheid, kritische ingesteldheid en zelfsturing, leergierigheid en openheid, administratieve stiptheid, organisatievermogen, zin voor samenwerking, verantwoordelijkheiszin, zin voor creativiteit en flexibiliteit.
In het derde jaar veronderstellen we dat de student zijn vak voldoende beheerst en dat hij een belangrijke weg afgelegd heeft in het verwerven van de basiscompetenties van de leraar als lesgever en als opvoeder. Hij heeft zich bekwaamd in de vaardigheden die betrekking hebben op klasmanagement. Hij heeft al een zekere mate van zelfstandigheid verworven. Hij kan zijn eigen praktijkervaringen kritisch bekijken en bijsturen. Hij heeft kennisgemaakt met verschillende doelgroepen en heeft aandacht voor zorgverbreding.
Alle leermiddelen zijn beschikbaar op de toledocursus 'Stage deel 3'
- Stagevademecum
- Omschrijving van organisatie en invulling per stageperiode
- Referentielijst met de te verwerven competenties per niveau (niveau 5 en 6 in 3 Baso)
In de stagemap verzamelt de student alle uitgewerkte voorbereidingen en materialen i.f.v. de activiteiten die hij uitvoert. De inhoudstafel geeft aan welke documenten verplicht in de stagemap moeten aanwezig zijn.
2 EP: 100% permanente evaluatie
3 EP: geen tweede examenkans
Indien de student in 2 EP niet slaagt voor het opleidingsonderdeel stage, wordt de beslissing uitgesteld. Voor het opleidingsonderdeel stage deel 3 is er geen tweede examenkans in 3 EP.
Begeleiding en feedback door de stagebegeleider, vakdocent, mentor-coach en / of de vakmentoren.