De stage biedt de student mogelijkheden tot ervaringsgericht leren door actieve aanwezigheid in een reële professionele en sociale werkomgeving. Tijdens de stage kan de student zijn theoretische kennis toepassen in reële praktijksituaties die moeilijk of niet binnen de hogeschool kunnen worden aangeboden, en die aansluiten bij de aard en het niveau van de opleiding.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
- 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 08. Teamgericht kunnen werken
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
- C01 Zakelijke communicatie zelfstandig afhandelen.
- C02 Zijn/haar werk en de daartoe benodigde competenties managen.
- C03 De gepaste ICT-tools gebruiken.
- C04 Gepast handelen in beroepsspecifieke situaties.
Toelichting:
Voldoende inzicht hebben in waarmee je bezig bent;
In voldoende mate zelfstandig kunnen werken;
Voldoende gestructureerd kunnen werken;
Op een ordelijke manier werken;
Aantonen dat je voldoende betrokken bent;
Op een efficiënte manier communiceren en rapporteren;
Zelf initiatief nemen;
Je professioneel gedragen;
Integratievermogen tonen.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
De student moet het eerste en het tweede jaar van de opleiding met succes hebben beëindigd.
A. Type
B. Verplichte leermiddelen
C. Aanbevolen leermiddelen
A. Types
B. Omschrijving
A. Types
- Andere: tussentijdse en definitieve evaluatie door stageplaats
B. Omschrijving
De stageplaats evalueert de stagiair tussentijds aan de hand van een evaluatieformulier met relevante competenties. Aan het eind van de stage vult de stageplaats een definitief evaluatieformulier in en houdt daarbij rekening met de voortgang sinds de tussentijdse evaluatie.
De studenten krijgen een stagebegeleider op hun stageplaats als aanspreekpunt. Bij eventuele problemen op de stageplaats kunnen zowel de stageplaats als de student een beroep doen op de docent die het afstudeerproject van de student begeleidt. In tweede instantie kan ook de stagecoördinator bemiddelen.