Geïntegreerd project (2009-2010)

Een bepaald thema wordt vanuit verschillende oogpunten (analytische en organische chemie, biochemie, fysicochemie, (micro)biologie, milieu, procestechnologie) bestudeerd. Over het thema en de deelthema's die erin terug te vinden zijn wordt een literatuurstudie opgezet. Het onderzoeksonderwerp wordt afgebakend en het concrete doel van het onderzoek wordt geformuleerd. Tijdens het literatuuronderzoek wordt achtergrondkennis opgebouwd en worden experimenten gezocht zodat een antwoord kan gevonden worden op gestelde vragen horend bij het (deel)thema. Het praktische werk wordt gepland en uitgevoerd en de resultaten worden verwerkt. Iedere groep stelt zijn werk voor aan de rest van de groep. Ten slotte wordt de onderzoeksinformatie van alle deelthema's gebundeld om het onderzoek af te ronden.

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
  • 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 08. Teamgericht kunnen werken
  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C01 De chemist is in staat om op doordachte wijze een analyseproces van bemonstering tot eindrapportering uit te voeren zodat correcte en betrouwbare analyseresultaten bekomen worden.
  • C02 De chemist kan op adequate wijze technische installaties en apparatuur bedienen en beheren zodat hun efficiëntie, betrouwbaarheid en duurzaamheid gegarandeerd zijn.
  • C03 De chemist is in staat om onder supervisie van een (wetenschappelijk) onderzoeker mee te denken en mee te werken om zo de praktische haalbaarheid en de efficiëntie van het wetenschappelijk onderzoek te verhogen.
  • C04 De chemist kan op doordachte en kritische wijze resultaten (waaronder waarnemingen) noteren, bundelen en verwerken om tot zinvolle en volledige besluiten te komen.
  • C05 De chemist kan op adequate wijze mondeling en schriftelijk communiceren om een optimale informatiedoorstroming te verzekeren.
  • C06 De chemist past de principes van responsible care spontaan en altijd toe om risico’s met betrekking tot veiligheid en milieu tot een minimum te beperken.
Toelichting:
- de studenten kunnen een nieuw onderzoeksprobleem opsplitsen in deelproblemen die raakpunten hebben met alle aspecten binnen de chemieopleiding en de afstudeerrichtingen; - de studenten kunnen een literatuurstudie opzetten, een onderzoeksvraag formuleren en oplossingen aanreiken om het onderzoek op te zetten; - de studenten kunnen een werkplanning maken en het onderzoek uitvoeren; - de studenten kunnen de gegenereerde resultaten verwerken; - de studenten kunnen de resultaten van het (gehele) onderzoek in een rapport verwerken en kennis uit de verschillende opleidingsonderdelen integreren; - de studenten kunnen professioneel communiceren over het onderwerp; - de studenten zijn in staat om hun eigen functioneren (en dat van groepsgenoten) kritisch te evalueren; - de studenten tonen aan dat ze zelfstandig informatie kunnen opzoeken, deze analyseren, synthetiseren en kritisch evalueren.

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

A. Type

  • materiaal op WWW
  • Andere: informatiebronnen in verband met het thema
  • materiaal op leeromgeving

B. Verplichte leermiddelen

C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

  • groepswerk
  • begeleide zelfstudie
  • labo en werkcollege

B. Omschrijving

A. Types

  • paper/werkstuk
  • presentatie
  • permanente evaluatie

B. Omschrijving

De documenten die de wijze van evaluatie voor het geïntegreerd project aangeven staan op Toledo. Studenten krijgen een zelfevaluatieformulier waarin de beoogde competenties zijn opgenomen. Dit document wordt aan de begeleidende docenten bezorgd. Alle docenten die betrokken zijn bij het project formuleren hun oordeel over de studenten (attituden, kennis, vaardigheden) en gebruiken hetzelfde document als leidraad. Studenten stellen hun werk via een PowerPoint presentatie en deze wordt door het docententeam beoordeeld op inhoud, vorm, voorstelling, ook weer volgens vastgelegde criteria. De eindevaluatie houdt volgens vastgelegde percentages met alle onderdelen bij de uitwerking van het project rekening. Bij het begin van het project wordt algemene informatie en theoretische achtergrond over het thema door de docenten ter beschikking gesteld. Tijdens de literatuurstudie die de studenten uitvoeren bieden begeleiders hulp als studenten hierom verzoeken. Er is op regelmatige basis overleg (verplicht) om de vorderingen aan te geven. Studenten beslissen samen met de begeleidende docent wat het praktische werk inhoudt. Tijdens dit praktische werk worden studenten begeleid zoals in elk ander labo. Tenslotte verwerken studenten hun resultaten en maken een rapport op. Dit wordt in een eerste versie aan de begeleider voorgelegd en hints voor verbetering worden gegeven. Ook kunnen studenten hulp vragen bij de uitwerking van de presentatie.
OA:
06030150
Code:
06030150
Vakcoördinator:
Steven Vreysen
Semester:
2
Studiepunten:
3
Onderwijstaal:
Nederlands