Dit opleidingsonderdeel is specifiek gericht op het leren onderwijzen of aanleren van het vak aardrijkskunde aan jongeren. De student leert de visie kennen op het vakdomein aardrijkskunde, binnen het leerplan van het secundair onderwijs. Hij leert specifieke vaardigheden, principes, didactische materialen, handboeken, didactische werkvormen ... kennen en gebruiken die typisch zijn voor dit vakdomein. Dit onderdeel staat in het eerste jaar van de opleiding op het programma omdat het gaat om inzichten en vaardigheden die de student van bij het begin van zijn opleiding nodig heeft om het vak te kunnen aanleren tijdens zijn stages in het secundair onderwijs. In het eerste jaar komen deze inzichten en vaardigheden daarom in een apart opleidingsonderdeel aan bod en worden ze geïntegreerd toegepast in de praktijkateliers. In het tweede jaar is vakdidactiek geen apart onderdeel meer, maar wordt het geïntegreerd in het onderwijsvak en in de praktijkateliers.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
C. Beroepsspecifieke competenties
- C01 Begeleider leer- en ontwikkelingsprocessen.
- C03 Inhoudelijk expert.
- C04 Organisator.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties