Dierlijke productie intensief (2008-2009)

A. Algemene competenties

  • 01. Op een wetenschappelijke wijze kunnen denken en handelen
  • 02. Kunnen omgaan met complexe problemen
  • 03. Beschikken over het vermogen tot oordeelsvorming in een onzekere context
  • 04. Kunnen reflecteren op het eigen denken en werken en het kunnen vertalen van die reflectie naar het ontwikkelen van meer adequate oplossingen

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 03. Kunnen toepassen van paradigma' s in het domein van de wetenschappen en het kunnen aanduiden van de grenzen van paradigma' s
  • 07. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategiën
  • 08. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
  • 05. Het vermogen tot originaliteit en creativiteit met het oog op het continu uitbreiden van de kennis en inzichten
  • 06. Kunnen samenwerken in een multidisciplinaire omgeving
  • 01. Kunnen gebruiken van methoden en technieken in onderzoek

C. Beroepsspecifieke competenties    

  • C01 Inzicht hebben in de nieuwste kennis van het vakgebied of delen ervan.
  • C02 In staat zijn om de wijze waarop de theorievorming evolueert, te volgen en te interpreteren.
  • C03 In staat zijn om in domeinen van het vakgebied een originele bijdrage aan kennis te leveren.
  • C04 Een onderzoekende houding aannemen, zelfstandig en resultaatgericht onderzoek kunnen uitvoeren.
  • C06 Een diagnose kunnen stellen.
  • C07 Een technisch ontwerp kunnen maken.
  • C08 Het productieproces kunnen opstarten, verbeteren en bedrijfszeker maken.
  • C10 Rekening houden met natuur, milieu, veiligheid en zorgsystemen.
  • C28 Een dierlijk gedrag in een leefgemeenschap begrijpen, ontwerpen, optimaliseren en realiseren (LB).
  • C29 De zoötechnische prestaties van de dieren begrijpen en hiermee een huisvesting ontwerpen, optimaliseren, sturen en realiseren (LB).
  • C30 De veevoeding naar vorm, samenstelling en rantsoen begrijpen en de zoötechnische prestaties optimaliseren (LB,V).
  • C31 Een productieproces van levensmiddelen begrijpen, realiseren en optimaliseren vanuit de diverse vakdomeinen (chemie, microbiologie, technologie, veiligheid, …) (V).

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

OO:
03110392
Code:
03110392
Vakcoördinator:
Jos Van Thielen
Semester:
1+2
Studiepunten:
5
Creditcontract mogelijk?
Ja
Examencontract mogelijk?
Ja
Deeltijds:
Onderwijstaal:
Nederlands
Opleidingsonderdeel type:
inleidend