Biologie (2008-2009)

In het vak biologie leert de student eerst een aantal biologische basisbegrippen zoals homeostase, metabolisme, voortplanting, evolutie en relatieleven. Hiervoor bestudeert hij de dierlijke cel in al zijn aspecten: bouw, functie, celdeling en differentiatie. Vanuit deze kennis kan de student makkelijk een aantal sleutelmechanismen in de menselijke genetica doorgronden. Eenmaal men weet hoe dat eigenschappen worden overgeërfd, is het makkelijk om te begrijpen hoe organismen evolueren in de loop van de tijd (evolutieleer). In een volgende stap wordt de relatie tussen biotische (organismen) en niet-biotische factoren bestudeerd. Dit is de ecologie, waarbij o.a.een aantal kringlopen verklaard worden. In een volgend deel, focust de student zich helemaal op de anatomie en fysiologie van de mens, waarbij de relatie tussen functie en bouw van weefsels en organen centraal staat. Uiteraard komt de kennis over de dierlijke cel, als kleinste functionerende levende eenheid, hier weer goed van pas. Ook de regulatie van processen zoals excretie, spijsvertering, die door specifieke orgaanstelsels verzekerd wordt, leert de student doorgronden.

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk

C. Beroepsspecifieke competenties    

  • C01 De BLter kan doordacht wetenschappelijke informatie en kennis aanwenden om een kwalitatief hoogstaande functionaliteit te garanderen.

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

geen

OO:
06002008
Code:
06002008
Vakcoördinator:
Lydia Hendriks
Semester:
1+2
Studiepunten:
4
Creditcontract mogelijk?
Ja
Examencontract mogelijk?
Ja
Deeltijds:
Deeltijds eerste deel
Onderwijstaal:
Nederlands
Opleidingsonderdeel type:
inleidend