Het theorie gedeelte van het OO omvat twee grote delen: combinatorische schakelingen en de uitbreiding naar de sequentiële schakelingen.
Combinatorische schakelingen leer je ontwerpen door de Booleaanse vergelijkingen op te stellen, te vereenvoudigen en praktisch te realiseren d.m.v. bijvoorbeeld de 74xx reeksen. Je leert hoe je deze combinatorische schakeling kunt opbouwen tot digitale basisbouwstenen, zoals MUX, comparator,... .
Het tweede deel legt de nadruk op de verschillende digitale geheugenblokken (flip-flops, latches) die gebruikt worden voor de ontwikkeling van schuifregisters, tellers (synchroon en asynchroon, modulo en binair of decimaal) en uiteindelijk de eindige toestandsmachine (sequentiële logica, synchroon en asynchroon).
Tenslotte leer je verschillende mogelijkheden kennen om de analoge met de digitale wereld te verbinden : AD en DA convertoren.
Het labo gedeelte ven het OO omvat volgende delen:
- de praktische studie van TTL en CMOS basispoorten , mux, teller, demux, comparator, flipflops, tellers, finite state machines (Moore en Mealy) synchroon en asynchroon via het software pakket Logicworks.
- De Op-amp in terugkoppeling: in bv. een precisiegelijkrichting.
- Het verhogen S/N-verhouding van signalen - Korrelatie en 'matched filter'.
- Pratische studie van begrippen als convolutie - transfer functies - sampling - DFT - stabiliteit
- Basis principe van een digitaal filter worden gede,onstreerd door een vergelijking. IIR - FIR simulaties in Excel
- Modulatietechnieken en modems: ontwerp en test van PDM (modulatie en demodulatie)
A. Algemene competenties
- 01. Op een wetenschappelijke wijze kunnen denken en handelen
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Beschikken over het vermogen tot oordeelsvorming in een onzekere context
- 04. Vermogen tot kritische reflectie
- 08. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 01. Een onderzoekende houding hebben met inbegrip van een appreciatie van de onzekerheid, de ambiguïteit en de grenzen van de kennis
- 02. Kennis hebben van onderzoeksmethoden en -technieken en deze adequaat kunnen toepassen
- 01. Kunnen gebruiken van methoden en technieken in onderzoek
- 04. Het kunnen aanduiden van de grenzen van paradigma’s
C. Beroepsspecifieke competenties
A. Volgtijdelijkheid
Industriële wetenschappen (ABA) / / Elektriciteit
B. Competenties