In het vak
galenica bestudeert de student de formulering, bereiding en kwaliteitscontrole van geneesmiddelen. Welke hulpstoffen zijn nodig om een actieve stof in een toedieningsvorm (tablet, siroop, ...) te verwerken? Hoe gebeurt de bereiding, met welk materiaal? Blijft het preparaat stabiel en voldoende lang houdbaar en zal het
in vivo door het lichaam opgenomen worden? Kan de bereider garant staan voor de kwaliteit, hoe wordt dat nagegaan? De student zoekt antwoorden op al die vragen tijdens de lessen en in de labo's waar bereidingen op kleine schaal zoals in de (ziekenhuis)apotheek ingeoefend worden. Industriële bereidingen bekijkt de student tijdens een bezoek aan de afdeling Farmaceutische productontwikkeling van een farmaceutisch bedrijf. Uiteraard maakt de student daar ook kennis met de nieuwste ontwikkelingen op het vlak van geneesmiddelenformulering.
De student raakt vertrouwd met belangrijke aspecten van
Farmaceutische wetgeving & tarificatie: wat volgens de wet onder de noemer 'geneesmiddel' valt, hoe de registratie van een geneesmiddel in de farmaceutische industrie verloopt vóór het op de markt komt, en hoe de prijs en terugbetaling bepaald wordt. Vervolgens bestudeert de student hoe de geneesmiddelendistributie in een gewone apotheek en ziekenhuisapotheek verloopt. Tenslotte komt aan bod aan welke voorwaarden voldaan moet zijn, opdat de ziekteverzekering farmaceutische specialiteiten en magistrale bereidingen (gedeeltelijk) terugbetaalt.
De cursus
farmacognosie tracht de student vertrouwd te maken met begrippen zoals farmacognosie en fytotherapie. Het onstaan van de wetenschap farmacognosie wordt uitgelegd en de impact dat dit heeft op de huidige geneeskunde. Er wordt dieper ingegaan op verschillende inhoudstoffen van medicinale planten die (mede)verantwoordelijk zijn voor de therapeutische activiteit. De student maakt kennis met de lijsten die internationaal zijn opgesteld met betrekking tot het gebruik van medicinale planten voor bepaalde, welgedefinieerde pathologieën en met verschillende plantaardige bereidingen die in de Belgische Farmacopee zijn opgenomen.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
- 05. Leiding geven
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 08. Teamgericht kunnen werken
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
- C01 De BLter kan doordacht wetenschappelijke informatie en kennis aanwenden om een kwalitatief hoogstaande functionaliteit te garanderen.
- C02 De BLter is in staat om nauwkeurig, betrouwbaar, kritisch, systematisch en efficiënt laboratoriumanalyses uit te voeren (= voorbereiding en meten) met aandacht voor de eisen van een georganiseerd kwaliteitssysteem.
- C03 De BLter kan de bekomen onderzoeksresultaten en meetgegevens op een correcte wijze verwerken in een rapport en dit professioneel overbrengen aan derden.
- C04 De BLter is vertrouwd met de specifieke veiligheids-, milieutechnische, hygiënische en deontologische principes of aspecten van het werken in een medisch, bio(techno)logisch of farmacologisch laboratorium en kan de voorschriften terzake correct toepassen.
- C05 De BLter kan werkschema’s opstellen en chronologisch plannen en kan deze werkschema’s binnen een redelijk tijdsbestek uitvoeren.
A. Volgtijdelijkheid
Biomedische laboratoriumtechnologie (PBA) / / Algemene chemie (deel 1)
B. Competenties