In dit opleidingsonderdeel verwerft de student de vakkennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn om aardrijkskunde te onderwijzen aan leerlingen van de 1ste en 2de graad secundair onderwijs en het volledige beroepsonderwijs. Het opleidingsonderdeel staat in de drie jaren van de opleiding op het programma.
In het eerste jaar komen de leerinhouden van de eerste graad aan bod: reliëf, bodem en gesteenten, rivierwerking en de studie van de eigen leefruimte. Onder begeleiding verwerft de student competenties voor een aantal belangrijke cartografische vaardigheden en andere vaardigheden en attitudes.