De student raakt vertrouwd met de beginselen van programmeren. De student leert werken met variabelen van verschillende types en operatoren. De student bestudeert de basisstructuren, array's, programmeren van procedures, foutafhandeling en het lezen en schrijven van en naar bestanden.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
C. Beroepsspecifieke competenties
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties