Wiskunde is een ondersteunend opleidingsonderdeel dat past binnen de brede wetenschappelijke basis aangeboden tijdens de opleiding. Om je extra te motiveren verneem je telkens waar de diverse wiskundige technieken in de ingenieurspraktijk zoal worden toegepast. In het onderdeel differentiaalvergelijkingen los je allerlei bijzondere soorten van gewone differentiaalvergelijkingen op. Je maakt kennis met de basisregels voor het convergentieonderzoek van reeksen. Na een korte inleiding over Boolse algebra vereenvoudig je Boolse veeltermen door middel van Karnaughkaarten.
Je leert zowel periodieke als niet-periodieke functies onderzoeken op basis van hun frequenties door middel van Fourierreeksen en Fouriertransformaties. Samen met Laplacetransformaties vormen deze de wiskundige achtergrond van verschillende belangrijke ingenieurstechnieken.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
- 04. Vermogen tot kritische reflectie
- 06. In teamverband werken
- 08. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 01. Een onderzoekende houding hebben met inbegrip van een appreciatie van de onzekerheid, de ambiguïteit en de grenzen van de kennis
- 02. Kennis hebben van onderzoeksmethoden en -technieken en deze adequaat kunnen toepassen
- 03. In staat zijn om de relevante data te verzamelen die de oordeelsvorming over maatschappelijke, wetenschappelijke en ethische vraagstukken kunnen sturen
- 06. Kunnen werken in teamverband
C. Beroepsspecifieke competenties
- C01 Systematische kennis hebben van de kernelementen van een discipline.
- C03 Begrip hebben van de structuur van het vakgebied en samenhang met andere vakgebieden.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties