De volgende onderwerpen komen aan bod:
het leerplan van de eerste graad
- de doelen van wiskundeonderwijs
- hoe begrippen, formules en stellingen aanbrengen
- het gebruik van contexten in wiskunde
- oefeningen opstellen en organiseren (organisatie, werkvorm, keuze van de oefeningen,
verbeteren)
- software voor vlakke meetkunde
- vraagstelling
- bordplan en werkbladen
- nabespreking stage
1. Begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen: De student kan: - het leerplan van de eerste graad gebruiken bij: het kiezen en formuleren van doelen, het selecteren van leerinhouden, het achterhalen van de inhoudelijke beginsituatie - begrippen, formules en stellingen op een didactisch verantwoorde manier aanbrengen - een les opbouwen met contextvoorbeelden die de bruikbaarheid van wiskunde illustreren - een opbouwende vraagstelling hanteren - geschikte leermiddelen kiezen en opstellen - een overzichtelijk bordplan opmaken - gepaste oefeningen selecteren bij de doelen van de les - oefen- en verbetermomenten op een gepaste manier opstellen - software voor vlakke meetkunde functioneel gebruiken 2. Inhoudelijk expert: De student kan de algemene doelen en didactische principes van het wiskunde-onderwijs opsommen, uitleggen en illustreren met voorbeelden uit de eerste graad. 4. Organisator: De student kan: - oefen- en verbetermomenten, het gebruik van ICT, op een gepaste manier organiseren |
Er is geen specifieke voorkennis vereist.