1.1. De student kan de beginsituatie achterhalen.
1.2. De student kan doelstellingen kiezen en formuleren.
1.3. De student kan leerinhouden –ervaringen selecteren.
1.4. De student kan leerinhouden -ervaringen structureren.
1.5. De student kan gepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen.
1.6. De student kan individueel en in team leermiddelen kiezen en aanpassen.
1.7. De student kan een krachtige leeromgeving creëren met aandacht voor de heterogeniteit van de leergroep.
1.8. De student kan de observatie/evaluatie voorbereiden.
3.1. De student beheerst de basiskennis van de leerinhouden en volgt recente ontwikkelingen in leergebieden en leergebiedoverschrijdende thema’s.
3.2. De student kan kennis en vaardigheden mbt leergebieden aanwenden.
4.1. De student kan een gestructureerd werkklimaat bevorderen.
4.4. De student kan een stimulerende en werkbare klasruimte creëren, rekening houdend met de veiligheid van de leerlingen.
10.1. Sociaal-politiek domein
10.2. Sociaal-economisch domein
10.3. Levensbeschouwelijk domein
10.4. Cultureel-esthetisch domein
10.5. Cultureel-wetenschappelijk domein
De basiskennis Frans, niveau secundair onderwijs (ASO/TSO), zou verworven moeten zijn. In het begin van het academiejaar wordt een oriënterende basiskennistoets afgenomen. Scoort de student hierop (te) laag, dan kan hij, op vrijwillige basis, zijn basiskennis bijspijkeren gedurende het eerste semester.
Didactiek in begeleide zelfstudie en hoorcolleges, alsook in demonstratielessen. Grammatica en woordenschat in oefenpractica en elektronisch leerplatform. Communicatievaardigheid en cultuurverrijking in groepswerk en oefenpracticum.
1ste examenperiode
|
2de examenperiode
|
3de examenperiode
|
|||
%
|
Vorm
|
%
|
Vorm
|
%
|
Vorm
|
|
|
20
|
PE
|
80
|
Schriftelijk
|
|
|
70
|
Schriftelijk
|
20
|
Mondeling
|
|
|
10
|
Mondeling
|
|
|
Extra oefeningen via Toledo en oefensites.
Differentiatie-uren met oefeningen die inspelen op persoonlijke behoeften.