In deze cursus worden de sportletsels behandeld, met speciale aandacht voor het onderste lidmaat en de voet.
In de inleiding wordt het werkterrein van de sportgeneeskunde toegelicht.
In een eerste deel worden de oorzaken en risicofactoren van sportongevallen behandeld.
In het tweede deel worden de diagnose, soorten sportletsels, behandelingsprincipes en preventie besproken.
In het derde deel worden de letsels per regio besproken, met name van de bekkengordel, knie onderbeen, spronggewrichten en voet.
In het vierde en laatste deel worden de sportspecifieke risico’s behandeld per sport (van atletiek, balsporten, skieën, wielrennen, tot zeilen).
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
- C02 De orthopedisch technoloog kan de patiënt en een bestaande orthopedische voorziening evalueren, de therapeutische waarde ervan inschatten en uit het gamma orthopedische voorzieningen een geargumenteerde en verantwoorde keuze maken.
- C03 De orthopedisch technoloog kan op een adequate wijze samenwerken en overleg plegen in een multidisciplinair team.
- C04 De orthopedisch technoloog kan op een adequate wijze informatieverstrekking geven aan patiënten, specifieke doelgroepen, collega’s en aan (para)medici.
Toelichting:
De student kent de oorzaken en risicofactoren van sportongevallen, is vertrouwd met de diagnose, soorten sportletsels, behandelingsprincipes en preventie, weet de de letsels per lichaaamsregio te situeren, met name van de bekkengordel, knie onderbeen, spronggewrichten en voet, en is op de hoogte van de sportspecifieke risico’s per sporttak.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
A. Type
- handboek
- materiaal op WWW
B. Verplichte leermiddelen
C. Aanbevolen leermiddelen
Handboek "Sportletsels aan het locomotorisch apparaat" door P. Broos, Gepubliceerd door Garant, 1991, ISBN 9053500162, 9789053500163
A. Types
- hoorcollege
- discussieseminarie
B. Omschrijving
A. Types
- schriftelijk examen
- mondeling examen
B. Omschrijving
Het examen wordt schriftelijk voorbereid en mondeling afgelegd. Het betreft een 10tal vragen verspreid over de meeste hoofdstukken van de cursus. Zowel korte vragen dewelke een kort antwoord vergen als enkele wat uitgebreidere en meer praktisch gerichte vragen komen aan bod. Tijdens het mondelinge gedeelte kunnen bijkomende kleine vragen gesteld worden en/of kunnen de schriftelijk voorbereide vragen worden bijgestuurd.