Stages (2008-2009)

De stageplaats moet leermomenten bieden waarin volgende kerntaken aan bod moeten kunnen komen: psychosociale hulpverlening, concrete dienstverlening, informatieve dienstverlening en advisering, bemiddeling en verwijzing, onderzoek en rapportage, gezondheidspromotie, signalering en beleidsgerichte activiteiten, vorming, coördinatie van zorg. De stage bestaat uit twee perioden van 9 weken. Verdieping en specialisatie moet op de voorgrond staan.

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
  • 05. Leiding geven
  • 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 08. Teamgericht kunnen werken
  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C01 Ethisch verantwoord verpleegkundig handelen.
  • C02 Empathie, verantwoordelijkheidszin, kritische ingesteldheid, aanpassingsvermogen en stressbestendigheid aanwenden in de verpleegkundige context.
  • C03 Een verpleegkundig professionele relatie aangaan gebruik makend van communicatieve vaardigheden.
  • C04 Een gezond evenwicht realiseren tussen de professionele en andere rollen.
  • C05 Een cliënt benaderen vanuit een holistische mensvisie.
  • C07 Relevante gegevens verzamelen over het cliëntsysteem in de verpleegkunde.
  • C10 Verpleegkundige handelingen verantwoord uitvoeren.
  • C11 De resultaten van de zorgverlening evalueren en bijsturen.
  • C12 Effectief schriftelijk en mondeling rapporteren.
  • C13 Preventief zorgverlenen.
  • C14 De zorg organiseren en coördineren op micro- en mesoniveau.
  • C15 Handelen in functie van kwaliteitszorg.
  • C16 Verpleegkundig wetenschappelijk onderzoek aanwenden in de praktijk.
  • C17 Bereid zijn zich voortdurend bij te scholen en zich professioneel te ontwikkelen.
  • C19 Intraprofessionele relaties opbouwen en samenwerken in het kader van gemeenschappelijke zorgdoelstellingen.
  • C20 Interprofessionele relaties opbouwen en samenwerken in het kader van gemeenschappelijke zorgdoelstellingen.
  • C21 Open staan voor diversiteit in de samenleving.
  • C23 Open staan voor het maatschappelijke gebeuren en kritisch staan t.o.v. het economisch, sociaal en ethisch beleid.

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

eindcompetenties verpleegkunde of vroedkunde

andere bachelor- en masteropleidingen in de zorg kunnen inschrijven. De bijzondere beroepstitel van gespecialiseerde verpleegkundige in de Sociale Gezondheidszorg is voorbehouden aan verpleegkundigen.

A. Type

  • materiaal op leeromgeving

B. Verplichte leermiddelen

Zelfevaluatierapport

C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

  • stage

B. Omschrijving

A. Types

  • paper/werkstuk
  • permanente evaluatie
  • individuele taak

B. Omschrijving

De student kan tijdens de volledige stageperiode terugvallen op een expert in het werkveld welke optreedt als stagementor (werkbegeleiding en procesevaluatie). Vanuit de school wordt een studentencoach (leerbegeleiding) voorzien.

OA:
07284330
Code:
07284330
Vakcoördinator:
Dirk Van Gestel
Semester:
1+2
Studiepunten:
25
Onderwijstaal:
Nederlands