Milieuverontreiniging bodem en vast afval (2008-2009)

In milieuverontreiniging bodem komen in 6 hoofdstukken volgende onderdelen aan bod: Chemische en fysicochemische toestan van bodem; bodemverontreiniging met daarin aandacht voor de toestand van de bodemkwaliteit. De voornaamste bodem- en grondwaterpolluenten worden besproken en vanuit de thema's landbouw en industrie belicht. Fysische analyse van de bodem en de chemische analyse van bodem en planten; effecten van bodemverontreiniging door de chemische activiteit van polluenten en de biologische effecten (afwijkende groeiomstandigheden); wetgeving (VLAREM, bodemsaneringsdecreet, VLAREBO); bodemsanering en preventie van bodemverontreiniging (isolatie, extractie, thermische behandeling, chemische reiniging, microbiologische behandeling, fytoremediatie). Het deel vast afval is opgebouwd uit 4 hoofdstukken met definities, overzicht van vaste afvalstoffen, wetgeving (Vlarem, afvalstoffendecreet, Vlarea), afvalstoffenbeleid, situatieoverzicht voor samenstelling, verwerking en evolutie van huishoudelijke en industrieel afval.

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
  • 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 08. Teamgericht kunnen werken
  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C01 De chemist is in staat om op doordachte wijze een analyseproces van bemonstering tot eindrapportering uit te voeren zodat correcte en betrouwbare analyseresultaten bekomen worden.
  • C02 De chemist kan op adequate wijze technische installaties en apparatuur bedienen en beheren zodat hun efficiëntie, betrouwbaarheid en duurzaamheid gegarandeerd zijn.
  • C03 De chemist is in staat om onder supervisie van een (wetenschappelijk) onderzoeker mee te denken en mee te werken om zo de praktische haalbaarheid en de efficiëntie van het wetenschappelijk onderzoek te verhogen.
  • C05 De chemist kan op adequate wijze mondeling en schriftelijk communiceren om een optimale informatiedoorstroming te verzekeren.
  • C06 De chemist past de principes van responsible care spontaan en altijd toe om risico’s met betrekking tot veiligheid en milieu tot een minimum te beperken.
  • C08 De chemist kan binnen zijn specialisatie de vigerende wetgeving vertalen naar reële situaties om wettelijk conform te werken.
Toelichting:
De studenten kunnen: - de begrippen in verband met bodem, bodemverontereiniging en vast afval verduidelijken; - de oorzaken van verontreiniging en de soorten verontreiniging opsommen en toelichten, de rol van vermesting, de invloed van bestrijdingsmiddelen op de bodemkwaliteit verduidelijken en de evolutie bespreken, en de bodemkarakterisatie in verband brengen met mobiliteit en resorbeerbaarheid van de verontreiniging; - de principes van monsterneming en van de analyses die leiden tot de belangrijkste bodemparameters uitleggen; - de principes van de wetgeving rond bodemverontreiniging en -sanering geven en toepassen in praktijksituaties evenals de wetgeving rond afvalstoffen in grote lijnen omschrijven; - de principes, toepassingsmogelijkheden, voor- en nadelen van bodemsaneringstechnieken en van verwerkingsmethoden voor vast afval uitleggen en vergelijken; - de kennis uit deze cursus toepassen in een vakoverschrijdend project.

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

A. Type

  • cursus
  • materiaal op WWW

B. Verplichte leermiddelen

C. Aanbevolen leermiddelen

Bodemdecreet Afvalstoffendecreet VLAREA Ide, G., Ectors, A. (1996). Bodemverontreiniging en bodemsanering. Antwerpen: Stichting Leefmilieu Everwijn, T.S., Hoffan, F.R., Ramhit, H., Schultz, C.E., Verwaart, J.W.A. (1992). Bodemreinigingstechnieken: aanpak van vervuilde droge en waterbodems Milieu- en natuurrapport Vlaanderen: thema's Emis-website: http://www.emis.vito.be/ www.ovam.be

A. Types

  • hoorcollege
  • groepswerk

B. Omschrijving

Een vakoverschrijdend project wordt in groepjes uitgewerkt. Het thema bevat aspecten van milieuwetgeving, ecotoxicologie en milieuverontreiniging. Als resultaat van het groepswerk wordt een PowerPointpresentatie gemaakt die aan de andere groepen en begeleidende docenten wordt voorgesteld.

A. Types

  • schriftelijk examen
  • mondeling examen

B. Omschrijving

Het gedeelte over bodem wordt schriftelijk geëvalueerd. Hierbij wordt een breed gamma aan soorten vragen gehanteerd (definities formuleren, uitspraken beoordelen op hun juistheid, uitspraken verklaren, open vragen). Het gedeelte over vast afval wordt mondeling geëvalueerd. Hierbij wordt vertrokken van een hoofdvraag en via kortere deelvragen wordt de rest van het cursusdeel overlopen. Het vakoverschrijdend project wordt door alle betrokken docenten samen geëvalueerd. Hierbij worden de uitwerking, de samenwerking, de presentatie en natuurlijk ook de inhoud geëvalueerd. Dit vakoverschrijdend project maakt 10% van de totale evaluatie uit. Tijdens de contacturen krijgen de studenten de gelegenheid tot het stellen van vragen. De concretisering van de beoogde competenties wordt beschikbaar gesteld via toledo. Tijdens het groepswerk is er voortdurend de mogelijkheid om informatie of hulp te vragen. Informatie over het uitwerken van een project zijn normaal gezien gekend vanuit projecten die doorgaan in het eerste en het tweede jaar. De informatie ivm informatievaardigheden uit het eerste jaar is nog nuttig voor het uitwerken van het project.
OA:
06020481
Code:
06020481
Vakcoördinator:
Rina Thys
Semester:
1
Studiepunten:
0
Onderwijstaal:
Nederlands