Pediatrische basiszorg (2008-2009)

Volgende onderwerpen komen aan bod: 1. Pediatrie, een discipline apart 2. Het kind in het ziekenhuis 3. Belangrijke begrippen uit de pediatrie 4. Lichamelijke groei en ontwikkeling van het kind 5. Psychische ontwikkeling van het kind 6. Kindermishandeling en verwaarlozing 7. zorgen aan het maagdarmstelsel 8. zorgen aan het bloedvatenstelsel 9. zorgen aan het ademhalingsstelsel 10. zorgen aan het urinewegstelsel 11. isolatie en immobiliseren 12. de stabiele pasgeborene en de couveuse.

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C01 Ethisch verantwoord verpleegkundig handelen.
  • C02 Empathie, verantwoordelijkheidszin, kritische ingesteldheid, aanpassingsvermogen en stressbestendigheid aanwenden in de verpleegkundige context.
  • C03 Een verpleegkundig professionele relatie aangaan gebruik makend van communicatieve vaardigheden.
  • C04 Een gezond evenwicht realiseren tussen de professionele en andere rollen.
  • C05 Een cliënt benaderen vanuit een holistische mensvisie.
  • C06 Verpleegkundige zorg verlenen vanuit wetenschappelijk en juridisch perspectief.
  • C07 Relevante gegevens verzamelen over het cliëntsysteem in de verpleegkunde.
  • C08 Verpleegproblemen identificeren en onderscheiden.
  • C09 Doelstellingen formuleren en zorgplan opstellen, afgestemd op het cliëntsysteem en op het zorgsysteem.
  • C10 Verpleegkundige handelingen verantwoord uitvoeren.
  • C11 De resultaten van de zorgverlening evalueren en bijsturen.
  • C12 Effectief schriftelijk en mondeling rapporteren.
  • C13 Preventief zorgverlenen.
  • C14 De zorg organiseren en coördineren op micro- en mesoniveau.
  • C15 Handelen in functie van kwaliteitszorg.
  • C19 Intraprofessionele relaties opbouwen en samenwerken in het kader van gemeenschappelijke zorgdoelstellingen.
  • C20 Interprofessionele relaties opbouwen en samenwerken in het kader van gemeenschappelijke zorgdoelstellingen.
  • C21 Open staan voor diversiteit in de samenleving.
Toelichting:
De student is in staat om de zorg voor het kind (in niet complexe praktijksituaties of (verbaal in geval van) een casus) aan te passen, rekening houdend met: - psychosociale ontwikkeling - motorische ontwikkeling - anatomische en fysiologische ontwikkeling - pathologie (basis) Het examen is geïntegreerd voor het gehele opleidingsonderdeel (verpleegkunde en medische/pathologie)

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

zorg voor specifieke patiëntengroepen: zorg voor het kind (1 HOV): de normale bevalling en de normale psychosociale ontwikkeling van het kind + groeicurven.

A. Type

  • cursus

B. Verplichte leermiddelen

cursus van beide docenten (M. Daneels en I. Van Gorp)

C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

  • hoorcollege
  • Andere: praktijklessen

B. Omschrijving

A. Types

  • schriftelijk examen

B. Omschrijving

OA:
09287050
Code:
09287050
Vakcoördinator:
Marc Daneels
Semester:
1
Studiepunten:
3
Onderwijstaal:
Nederlands