In de onderwijsactiviteit alternatief onderwijs verruimt de student de eigen visie met inzichten uit het alternatief onderwijs. Hij krijgt een globale oriëntatie op 4 types van alternatieve scholen: Montessorischolen, Steinerscholen, Freinetscholen en Ervaringsgerichte leefscholen: Aan bod komen
-de achterliggende mens- en maatschappijvisie,
-de pedagogische principes en
-de concrete schoolorganisatie en werking.
De student verdiept zich verder in de werking van één van deze onderwijstypes (naar keuze).
PB- 02 Informatie verwerven en verwerken.
De student kan informatie op een effectieve en efficiënte wijze vinden en beheren.
De student kan correct verwijzen naar gebruikte informatie.
PB -03 Kritisch reflecteren.
De student stelt het eigen functioneren in vraag en beoordeelt het.
De student overweegt alternatieve werkwijzen (voor- en nadelen).
De student formuleert leerpunten in het eigen functioneren, neemt deze op en evalueert ze.
PB- 06 Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken.
De student kan een helder en duidelijk verslag maken, zonder overbodige informatie.
PB - 08 Teamgericht kunnen werken.
De student is constructief en stipt in het samenwerken met medestudenten en in het gezamenlijk bereiken van een resultaat.
De student hanteert communicatieve vaardigheden als luisteren, samenvatten, doorvragen, feedback geven en ontvangen, motiveren).
PB - 10 Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid.
De student kan een beredeneerd standpunt innemen en ontwikkelt een persoonlijke visie op beroepsspecifieke en maatschappelijke thema´s.
C1 Begeleider leer en ontwikkelingsprocessen
De student kent de visie en aanpak omtrent leren en ontwikkelen van de belangrijkste alternatieve scholen.
De student kan waardevolle elementen integreren in de eigen onderwijspraktijk.
C2 Opvoeder
De student kent de mens-en wereldopvatting en daarmee samenhangend de pedagogische visie van de verschillende onderwijssystemen.
De student kan waardevolle elementen integreren in het eigen opvoedingsconcept.
C3 Inhoudelijk expert
De student kent de belangrijkste methodieken van één bepaalde methodeschool waarin hij zich verdiept.
De student kan zinvolle technieken integreren in de eigen praktijk.
C5 Innovator-onderzoeker
De student kan zinvolle inoverende elementen van de methodescholen introduceren in het regulier onderwijs.
C9 Lid van de onderwijsgemeenschap
De student kan deelnemen aan het maatschappelijk debat over de plaats en specificiteit van alternatieve scholen.
Didactische en pedagogische inzichten, vaardigheden en attituden uit het eerste en het tweede jaar.
De studenten werken zelfstandig, in kleine groepjes. Op vraag kunnen zij worden gecoacht door de docent.
1ste examenperiode | 2de examenperiode | 3de examenperiode | |||
% | vorm | % | vorm | % | vorm |
100 | Werkstuk | Taak |