In dit opleidingsonderdeel verwerft de student vakkennis, vaardigheden en attitudes die hij nodig heeft om aardrijkskunde te onderwijzen aan leerlingen van de 1
ste en 2
de graad secundair onderwijs en het volledige beroepsonderwijs. Het opleidingsonderdeel staat in de drie jaren van de opleiding op het programma.
In het eerste jaar komen de leerinhouden van het eerste leerjaar van de eerste graad aan bod: weer en klimaat, bodem en gesteenten en de studie van de eigen leefruimte. Onder begeleiding verwerft de student competenties voor een aantal belangrijke cartografische en andere vaardigheden.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
C. Beroepsspecifieke competenties
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties