Als (proces)-chemicus in een chemisch bedrijf krijg je te maken met transport van vloeistoffen en gassen. Hiervoor worden pompen en compressoren ingeschakeld. Weten hoe zo'n toestel werkt is natuurlijk een basisvereiste, maar je bestudeert ook waar welk toestel kan ingezet worden en waar niet. In de les halen we er vaak een pomp of compressor bij om alle leerstof zo aanschouwelijk mogelijk te maken, Tenslotte wordt de theorie getoetst aan de praktijk in het labo mechanica.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 08. Teamgericht kunnen werken
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
C. Beroepsspecifieke competenties
- C02 De chemist kan op adequate wijze technische installaties en apparatuur bedienen en beheren zodat hun efficiëntie, betrouwbaarheid en duurzaamheid gegarandeerd zijn.
- C03 De chemist is in staat om onder supervisie van een (wetenschappelijk) onderzoeker mee te denken en mee te werken om zo de praktische haalbaarheid en de efficiëntie van het wetenschappelijk onderzoek te verhogen.
- C04 De chemist kan op doordachte en kritische wijze resultaten (waaronder waarnemingen) noteren, bundelen en verwerken om tot zinvolle en volledige besluiten te komen.
- C05 De chemist kan op adequate wijze mondeling en schriftelijk communiceren om een optimale informatiedoorstroming te verzekeren.
- C06 De chemist past de principes van responsible care spontaan en altijd toe om risico’s met betrekking tot veiligheid en milieu tot een minimum te beperken.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties