Microbiologie (2007-2008)

Tijdens een korte herhaling van de basis van het eerste jaar wordt er meer aandacht besteed aan de virulentiefactoren en de relatie van de pathogeen met zijn omgeving. Hierna volgt er een beschrijving van de belangrijke voedselpathogenen. Je bestudeert van elke pathogeen de virulentiefactoren, het ziektebeeld dat hij veroorzaakt en de eigenschappen die gebruikt worden in het labo voor isolatie en identificatie. De theorie sluit heel nauw aan bij de praktijk. Daar ligt de nadruk enerzijds op kwantitatieve microbiologische analyses en anderszijds op de identificatie van onbekende Gramnegatieve en Grampositieve micro-organismen.

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
  • 05. Leiding geven
  • 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 08. Teamgericht kunnen werken
  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk

C. Beroepsspecifieke competenties    

  • C01 De BLter kan doordacht wetenschappelijke informatie en kennis aanwenden om een kwalitatief hoogstaande functionaliteit te garanderen.
  • C02 De BLter is in staat om nauwkeurig, betrouwbaar, kritisch, systematisch en efficiënt laboratoriumanalyses uit te voeren (= voorbereiding en meten) met aandacht voor de eisen van een georganiseerd kwaliteitssysteem.
  • C03 De BLter kan de bekomen onderzoeksresultaten en meetgegevens op een correcte wijze verwerken in een rapport en dit professioneel overbrengen aan derden.
  • C04 De BLter is vertrouwd met de specifieke veiligheids-, milieutechnische, hygiënische en deontologische principes of aspecten van het werken in een medisch, bio(techno)logisch of farmacologisch laboratorium en kan de voorschriften terzake correct toepassen.
  • C05 De BLter kan werkschema’s opstellen en chronologisch plannen en kan deze werkschema’s binnen een redelijk tijdsbestek uitvoeren.

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

OO:
06002114
Code:
06002114
Vakcoördinator:
Det Vangeel
Semester:
1
Studiepunten:
4
Creditcontract mogelijk?
Ja
Examencontract mogelijk?
Neen
Deeltijds:
Onderwijstaal:
Nederlands
Opleidingsonderdeel type:
verdiepend