B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
AB1 - Omgaan met levend materiaal - Verantwoord en duurzaam omgaan met levend materiaal of in functie van levend materiaal.
AB-DZ-EC3: Uitvoeren van taken aan de balie - 3A Afspraken maken, klanten ontvangen en betalingen regelen - 3B Dieren opnemen in de praktijk.
AB-DZ-EC4: Verantwoordelijkheid dragen over alle onderzoek-, operatie- en hospitalisatieruimten - 4A Onderhouden van de onderzoeksruimten, bijhorend apparatuur en instrumenten - 4B Assisteren bij de voorbereidingen van onderzoeken en medische ingrepen - 4C Assisteren van de dierenarts tijdens operaties en onderzoeken.
AB-DZ-EC5: Toedienen van eerste hulp bij dieren -Begeleiden bij en toedienen van eerste hulp bij dieren.
AB-DZ-EC6: Voorzien en toedienen van een aangepaste verzorging - 6A Voorzien en onderhouden van de juiste accommodatie voor de patiënt - 6B Verzorgen van en controle uitoefenen op de patiënt met specifieke noden zoals vloeistoftherapie.
AB-DZ-EC7: Adviseren van de klanten m.b.t. de verzorging van hun dier - 7A Klanten begeleiden en advies geven tijdens de consultaties - 7B Klanten aangepast diergeneeskundig materiaal verstrekken - 7C Begeleiden van klanten bij het ontslaan van patiënten.
AB-DZ-EC13: Gebruiken en toediening van geneesmiddelen - 13A Het gebruik van de medicijnen uitleggen aan de klant - 13B De patiënt medicijnen toedienen.