Contexten: Bedrijf - Vergaderen - Marketing en publiciteit - Aankoop en verkoop - Expeditie en transport - Boekhouding en financiën
Taalsysteem:
- syntaxis en morfologie: werkwoorden - substantieven - adjectieven - bijwoorden - voornaamwoorden - lidwoorden - getallen - voorzetsels - voegwoorden
- woordenschat
- spelling
- uitspraak en intonatie
Vaardigheden:
- luisteren en spreken: telefoongesprek, vergadering, presentatie, ...
- lezen en schrijven: memo, e-mail, brief, ...
A. Algemene competenties
- 08. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- 09. Een ingesteldheid hebben tot levenslang leren
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
C. Beroepsspecifieke competenties
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
De student dient de competenties te bezitten van een cursus Engels (niveau 240 lestijden).