De module 'tijd en ruimte' maakt deel uit van het curriculumonderdeel specifieke inhoudelijke vorming van het tweede jaar. De module bestaat uit twee opleidingsonderdelen: 'tijd en ruimte achtergrond' en 'tijd en ruimte verdieping'.
Beide opleidingsonderdelen zijn gericht op het verwerven van inzichten en vaardigheden die nodig zijn om kleuters muzisch creatief en ontwikkelingsgericht te begeleiden in belevingssituaties die de ontwikkeling van het ruimte- en tijdsbesef bevorderen.
De competenties verworven in de modules van het curriculumonderdeel specifieke inhoudelijke vorming van het eerste jaar vormen het fundament voor deze modules van het tweede jaar . In deze modules van het tweede jaar komen ze geïntegreerd terug aan bod zodat de student de kans krijgt om ze verder te ontwikkelen in een meer complexe context.
In het opleidingsonderdeel 'Tijd en ruimte verdieping' worden enkele deelaspecten van tijd en ruimte verder uitgediept:
- Verkeerseducatie: Zich bewegen in het verkeer stelt zowel het inzicht in tijd (snelheid) als in ruimte op de proef. De student leert hoe er met kleuters rond verkeer kan gewerkt worden.
- Muzisch werken aan aspecten van ruimte: De student ontwerpt een materiaalaanbod om aan meetkunde-initiatie te doen in de kleuters. De student kiest daarbij een focus (vb: spiegelen, gezichtspunt, vorm, oriëntatie, ...) en laat zich inspireren door het werk van een beeldend kunstenaar om het materiaalaanbod vorm te geven.
- Educatief aanbod verkennen: De studenten verkennen in groep het educatief aanbod van een zelfgekozen museum. Afhankelijk van het gekozen museum diept de student een deelaspect van tijd en ruimte uit: historisch bewustzijn ontwikkelen, ervaringen opdoen met aardrijkskundige aspecten, culturele en maatschappelijke aspecten verkennen,...
- De ontwikkeling van de kindertekening: De student bestudeert het ruimte-aspect in kindertekeningen.
A. Algemene competenties
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
- 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 08. Teamgericht kunnen werken
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
- C01 Begeleider leer- en ontwikkelingsprocessen.
- C02 Opvoeder.
- C03 Inhoudelijk expert.
- C04 Organisator.
- C05 Innovator-onderzoeker.
- C08 Partner van externen.
- C10 Cultuurparticipant.
A. Volgtijdelijkheid
Onderwijs: kleuteronderwijs (PBA) / / Cognitieve ontwikkeling deel 2
B. Competenties