Opvoedkundige Wetenschappen (spec.) (2007-2008)

In het tweede jaar ligt in het opleidingsonderdeel opvoedkundige wetenschappen-specifiek de klemtoon op volgende thema's: opvoeden in de klas en op school, onderwijs in B-stroom en het beroepssecundair onderwijs, begeleiding van leerlingen met sociaal-emotionele en/of gedragsproblemen, en de overgang tussen verschillende onderwijsniveaus (van kleuter naar lager en van lager naar secundair onderwijs).

A. Algemene competenties

  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
Toelichting:
De werkvormen en opdrachten dagen de student uit om voorstellen te formuleren bij concrete praktijksituaties en om over deze voorstellen van gedachten te wisselen met medestudenten en docent.

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 08. Teamgericht kunnen werken
Toelichting:
De opdrachten worden in hoofdzaak in team uitgevoerd.

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C01 Begeleider leer- en ontwikkelingsprocessen.
  • C02 Opvoeder.
  • C03 Inhoudelijk expert.
  • C04 Organisator.
  • C07 Lid van schoolteam.
  • C09 Lid van de onderwijsgemeenschap.
Toelichting:
Als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen beschikt de student over een referentiekader om zorgbreed te handelen op klasniveau en heeft hij oog voor de diversiteit van leerlingen in de B-stroom en het beroepssecundair onderwijs. De student kan leer- en ontwikkelingsprocessen opzetten vanuit een vakoverschrijdende invalshoek De student verwerft inzicht in de didactiek van de derde graad lager onderwijs en de gevolgen hiervan voor de overgang van het lager onderwijs naar het secundair onderwijs. Als opvoeder kan de student vanuit verschillende invalshoeken elementen aanreiken die je kan hanteren om een aangenaam leerklimaat te creëren in de klas. De student kan aspecten van het verborgen leerplan onderkennen en eventueel bijsturen.De student kan de emancipatie van alle leerlingen bevorderen door voor risicoleerlingen een gedifferentieerde onderwijsaanpak te hanteren. De student kan voorstellen formuleren voor de aanpak van leerlingen met sociaal-emotionele problemen en van leerlingen met gedragsproblemen. Als inhoudelijk expert kan de student verbanden leggen tussen inhouden uit het eigen vakgebied, en tussen die inhouden en de inhouden uit verwante vakgebieden en vakoverschrijdende domeinen. Als organisator kan de student samen met medestudenten een vakoverschrijdend project voor leerlingen eerste graad B-stroom uitwerken. Als lid van een schoolteam kan de student in groep opdrachten uitvoeren en de eigen pedagogisch-didactische aanpak bespreken. Als lid van de onderwijsgemeenschap kan de student een dialoog voeren over het beroep van de leraar, i.c. zijn opvoedende rol en de plaats ervan in de samenleving.

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

Dit opleidingsonderdeel bouwt verder op de pedagogisch-didactische kennis en vaardigheden uit het eerste jaar.

A. Type

  • cursus
  • audiovisueel materiaal
  • materiaal op leeromgeving
  • materiaal op WWW

B. Verplichte leermiddelen

Onuitgegeven cursussen van docenten - Elementaire didactische werken (boeken, tijdschriften, video's, websites, organisaties, ...) - Eigen nota's van studenten

C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

  • hoorcollege
  • groepswerk
  • begeleide zelfstudie
  • elektronisch leerplatform

B. Omschrijving

A. Types

  • schriftelijk examen
  • mondeling examen
  • permanente evaluatie

B. Omschrijving

Permanente evaluatie gebeurt aan de hand van de groepsopdrachten en individuele opdrachten (30%). Het behaalde cijfer in tweede examenperiode wordt volledig overgedragen naar derde examenperiode. Tijdens de tweede examenperiode leggen de studenten een schriftelijk en mondeling examen af (70%). In de derde examenperiode leggen de studenten opnieuw een schriftelijk en mondeling examen af.
OA:
10252020
Code:
10252020
Vakcoördinator:
Ilse Nijsmans
Semester:
1+2
Studiepunten:
5
Onderwijstaal:
Nederlands