De student wordt eerst ingewijd in boekhouden. Hij leert de courante betalings- en handelsdocumenten kennen, alsook de handelstransacties te registreren volgens de principes van dubbel boekhouden.
Vervolgens maakt de student kennis met macro-economische inzichten. Algemene begrippen (zoals BBP, conjunctuur, werkgelegenheid) worden bestudeerd en aan de realiteit getoetst. Ook een aantal bedrijfseconomische topics worden behandeld. Zo leert de student onder meer break-even analyses uit te voeren.
Ten slotte staat recht op het programma. Het onderscheid tussen rechtshandelingen en-feiten, verbintenissen en contracten, eenmanszaak en vennootschap komen aan bod. De student bestudeert tevens de kenmerken van de arbeidsovereenkomsten.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
C. Beroepsspecifieke competenties
- C02 Zijn/haar werk en de daartoe benodigde competenties managen.
- C04 Gepast handelen in beroepsspecifieke situaties.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
A. Type
- handboek
- cursus
- materiaal op leeromgeving
B. Verplichte leermiddelen
Cursus van lectoren
Handboeken:
Inleiding tot algemeen boekhouden (Marieke Van Beylen, Campinia Media)
Recht, principes en praktijk (J. Speybrouck, Academia Press)
Powerpoint presentaties op Toledo
C. Aanbevolen leermiddelen
A. Types
- hoorcollege
- oefenpracticum
- begeleide zelfstudie
B. Omschrijving
A. Types
B. Omschrijving