Inhoud financiële instellingen
Deel 1 : Overzicht Belgisch bankwezen .
Deel 2 : Tendensen
Deel 3 : Reglementering
A. Coëfficiënten
B. Boekhouding
C. Wet 22 maart 1993
Deel 4 : Ombudsdienst
A. Ombudsman
B. Gedragscode
Deel 5 : Strijd tegen het witwassen van kapitaal
Deel 6 : BVB
Deel 7 : FEBELFIN
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
C. Beroepsspecifieke competenties
- C01 De rol van informatiebeheerder.
- C02 De rol van analist.
- C03 De rol van adviseur.
- C04 De rol van coördinator.
Toelichting:
- Studenten verwerven inzicht in de Belgische financiële structuur.
- Studenten kunnen de belangrijkste kenmerken van en de verschillen tussen de diverse soorten instellingen ontdekken.
- Studenten leren nadenken over de actualiteit die in de media aan bod komt .
- Studenten kunnen zelf opgevraagde bankbalansen interpreteren.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
Geen specifieke voorkennis vereist. Elke student die geslaagd is in het tweede jaar van het gerelateerde studieprogramma kan de cursus volgen.
A. Type
B. Verplichte leermiddelen
Zelfgeschreven syllabus Verplichte lectuur De Tijd
C. Aanbevolen leermiddelen
A. Types
B. Omschrijving
A. Types
B. Omschrijving
Mogelijkheid tot monitoraat op aanvraag.