Niet-levende natuur (2007-2008)

De aarde in de ruimte Om de doelen die hieromtrent in het leerplan Wereldoriëntatie van de basisschool vermeld staan (7.27 p. 106) bij kinderen te kunnen bereiken, is het nodig dat je als leerkracht * inzicht hebt in de bewegingen van de aarde rond haar as en rond de zon en de gevolgen hiervan * inzicht hebt in de beweging van de maan rond de aarde en de gevolgen hiervan * inzicht hebt in de structuur van het zonnestelsel en de belangrijkste kenmerken van de zon, de planeten met hun manen en ringen, de kometen en meteoren * de belangrijkste realisaties van de ruimtevaart kent * inziet hoe je de bewegingen van de hemellichamen kan demonstreren zodat de kinderen hier inzicht in verwerven * inziet welke werkvormen geschikt zijn om de verschillende doelen in de lagere school te bereiken en welk didactisch materiaal je kan gebruiken De aardbol Om de doelen die hieromtrent in het leerplan Wereldoriëntatie van de basisschool vermeld staan (7.23 p. 105) bij kinderen te kunnen bereiken, is het nodig dat je als leerkracht * inzicht hebt in de opbouw van de aarde * inzicht hebt in het belang en de structuur van de atmosfeer * inzicht hebt in de indelingen van de aardbol * landschappen op aarde herkent, ze kan benoemen en aangeven welke landschapselementen bepalend zijn * ruimtefoto's van het geheel of een deel van de aarde herkent, kan bespreken d.w.z. vermelden welke elementen er waarneembaar zijn op de beelden, en deze toelichten Weer en klimaat Om de doelen die hieromtrent in het leerplan Wereldoriëntatie van de basisschool vermeld staan (7.24 t.e.m. 7.26 p. 105-106 ) bij kinderen te kunnen bereiken, is het nodig dat je als leerkracht * weet wat het verschil is tussen weer en klimaat * de basiselementen van het weer, nl. temperatuur, neerslag, luchtdruk en wind, kent en weet welke factoren deze elementen beïnvloeden * buiten de weersgesteldheid kan waarnemen, meten en beschrijven en weten hoe je dit met kinderen kan doen * weersvoorspellingen (weerberichten) kan analyseren en weerwaarnemingen kan vergelijken met de weersvoorspelling * het belang van weersvoorspelling kan illustreren en voorbeelden kan geven over hoe zowel het weer als het klimaat de levenswijze en activiteit van mensen beïnvloedt * de verschillende klimaatsgebieden op aarde kent, weet welke elementen aan de basis liggen van de indeling in klimaten en een determinatietabel voor klimaattypes kan gebruiken * gegevens in verband met het klimaat kan afleiden uit kaarten (bv. in atlas en handboeken), klimatogrammen en foto's van de vegetatietypes * (goede) beelden van de verschillende vegetatietypes kan selecteren en inhoudelijk bespreken

A. Algemene competenties

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

C. Beroepsspecifieke competenties

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

Er is geen specifieke voorkennis vereist.

A. Type

  • handboek
  • cursus
  • materiaal op leeromgeving
  • materiaal op WWW

B. Verplichte leermiddelen

Natuuronderwijs inzichtelijk, C. Kersbergen en A. Haarhuis, Uitg. Coutinho

C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

B. Omschrijving

A. Types

  • schriftelijk examen

B. Omschrijving

Student- en vraagestuurde begeleidingsmomenten (monitoraten).
OA:
11267611
Code:
11267611
Vakcoördinator:
Greet Cuyt
Semester:
1
Studiepunten:
1
Onderwijstaal:
Nederlands