Analoge en digitale technieken (4brug) (2006-2007)

Deze cursus omvat twee delen: een eerste deel beschrijft de hedendaagse computer architectuur en een tweede deel beschrijft enkel praktische digital signaal verwerking technieken. Deel een begint met een kort overzicht van de evolutie van de computer (mechanisch- ...-VLSI), de verschillende architectuur niveaus (hardware-microarchitectuur-ISA-besturingssystem-assembler-...) , en deverschillende computer types die vandaag bestaan (mainframe-embedded-PC-...). De verschillende hardware onderdelen zoals geheugen, bussen, processor architectuur and externe toestellen worden getoond samen met hun voor- en nadeel. In een volgende stap wordt het microarchitectuur niveau besproken aan de hand van een voorbeeld hardware architectuur. Deze architectuur wordt dan gebruikt om belangrijke begrippen zoals het datapad, sequencer, microcode uit te leggen. Uiteindelijk wordt het ISA-niveau en het besturingssysteem niveau gesitueerd in het de volgende computer architectuur. Het tweede deel start met het opfrissen van de standaard signaal transformaties zoals Laplace, Fourier, .... . Deze transformation worden dan gebruikt om de discretisatie van analoge functies met behulp van bomonstering te beschrijven. In deze context wordt ook het theorema van Nyquist aangehaald. In een volgende stap worden de eigenschappen van de ideale analoge/ digitale filter aangehaald samen met al zijn eigenschappen ( band-doorlaat, band-stop, causaliteit, practische realisatie ). Verschillende signaal verwerkings concepten zoals modulatie, groep- or fase dvertraging, PAM, interpolatie and de discrete Fourier transformatie worden aangehaald.

A. Algemene competenties

  • 03. Beschikken over het vermogen tot oordeelsvorming in een onzekere context
  • 04. Kunnen reflecteren op het eigen denken en werken en het kunnen vertalen van die reflectie naar het ontwikkelen van meer adequate oplossingen

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 03. Kunnen toepassen van paradigma' s in het domein van de wetenschappen en het kunnen aanduiden van de grenzen van paradigma' s
  • 01. Kunnen gebruiken van methoden en technieken in onderzoek
  • 04. Het kunnen aanduiden van de grenzen van paradigma’s

C. Beroepsspecifieke competenties    

  • C01 Inzicht hebben in de nieuwste kennis van het vakgebied of delen ervan.
  • C02 In staat zijn om de wijze waarop de theorievorming evolueert, te volgen en te interpreteren.
  • C06 Een diagnose kunnen stellen.

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

OO:
03110391
Code:
03110391
Vakcoördinator:
Peter Slaets
Semester:
2
Studiepunten:
3
Creditcontract mogelijk?
Ja
Examencontract mogelijk?
Ja
Deeltijds:
Onderwijstaal:
Nederlands
Opleidingsonderdeel type:
inleidend