Eenmaal de student het maatschappelijk en individueel menselijk nut van de sociale verzekeringen heeft ontdekt, zal de basiskennis van de hem bijgebrachte verschillende takken van de sociale zekerheid hem moeten toelaten gedurende zijn volledige professionele loopbaan het permanent in beweging zijnde en constant aan de maatschappelijke behoeften en economische realiteit aangepaste sociaal recht aan zijn eigen realiteit te toetsen.
Anderzijds maakt de studie van het arbeidsrecht het de jong afgestudeerde mogelijk om goed gewapend de arbeidsmarkt binnen te treden als werknemer of als zelfstandige, onmiddellijk in staat zijnde een hem voorgelegde arbeidsovereenkomst te begrijpen en inhoudelijk te negotiëren. Daarenboven zou hij voldoende op de hoogte dienen te zijn van zijn rechten en verplichtingen tijdens de duur van en zelfs na het beëindigen van de arbeidsovereenkomst.
A. Algemene competenties
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
- C04 Gepast handelen in beroepsspecifieke situaties.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties