- Aanvankelijk en voortgezet schrijven (schrift)
* voorwaarden om sierlijk en vlot te leren schrijven
* de schrijfpatronen
* het belang van de schrijfhouding
* problematiek van de linkshandigheid
* schrijven remediëren
* voortgezet schrijven
- Taalbeschouwing
* de taalbeschouwelijke visie
* nadenken over het taalgebruik
* nadenken over de taalsystematiek (op niveau van de klank, het woord, de zin en de tekst)
* taalbeschouwing didactisch organiseren
* taalhandelingen
* oefeningen aan de hand van het leerplan
-
Stellen
* verschillende stelvormen zelf hanteren
* didactiek stellen afleiden aan de hand van deze stelvormen
* de verschillende fases bij het schrijven
* schrijfstrategieën
* schrijven begeleiden
-
Spelling woorden met een veranderlijk woordbeeld
* didactiek werkwoordspelling
* spellingregelmethodes, algoritmische methodes en analoge methodes
* verschillende systemen die in de lagere school gehanteerd worden met elkaar vergelijken
- Leesvormen
* enkel leesvormen die nog niet in het eerste jaar aan bod zijn gekomen
- Spelling (eigen vaardigheid)
* eigen spellingvaardigheid op peil houden
- Jeugdliteratuur
* zelfstandige lectuur van een aantal boeken
* zelfstandig verwerken van die lectuur
* groepswerk naar aanleiding van die lectuur
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 08. Teamgericht kunnen werken
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
- 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
C. Beroepsspecifieke competenties
- C01 Begeleider leer- en ontwikkelingsprocessen.
- C02 Opvoeder.
- C03 Inhoudelijk expert.
- C04 Organisator.
- C10 Cultuurparticipant.
Toelichting:
- Als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen ben je in staat om de leerinhouden op een didactisch verantwoorde manier te vertalen naar de lagere school.
- Als opvoeder ben je in staat om de leerlingen op te voeden tot mondige en taalweerbare kinderen
Als inhoudelijk expert ben je in staat om
* de leerinhouden die hieronder bij de inhoud vermeld staan te beheersen en deze inzichtelijk te verwerven
* inzichtelijk de leerinhouden van de lagere school te beheersen
- Als organisator ben je in staat om een stimulerende leer- en werkomgeving te creëren met een permanente aandacht voor de taalvaardigheden van de kinderen.
- Als cultuurparticipant ben je in staat om een verantwoorde keuze te maken wat betreft het culturele aanbod (theater, poëzie, verhalen...).
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
- Zie onderwijs- en examenregeling eerste jaar.
- Het programma van het eerste jaar wordt als uitgangspunt genomen.
A. Type
B. Verplichte leermiddelen
- Leermiddelen
* bundels per lesgeheel zijn beschikbaar
* eigen lesnota's die een aanvulling vormen op die bundels
* leerplannen Nederlands (deelleerplannen Schrijven, Spreken en Luisteren, Lezen, Taalbeschouwing, Muzisch Taalgebruik, Drama en Schrift)
* Woordenlijst Nederlandse taal
* Steevens, J.P., Spel correct
* Van der Biest M., Uyttendaele J., Spellingtrainer
* id.: Handleiding voor de leerkracht/gebruiker
C. Aanbevolen leermiddelen
*
www.taalsite.nl
* taaltelefoon.vlaanderen.be
- Geraadpleegde bronnen
* VVKBaO, Schrijven. Brussel, CRKLKO, 2000
* VVKBaO, Schrift. Brussel, CRKLKO, 1998
* Centrale Raad van het Katholiek Lager en Kleuteronderwijs, Schrijven. Basistekst. Brussel, 1995
* Litière, M., Mijn kind leert schrijven - en hoe ik kan helpen. Een gids voor ouders, leerkrachten en hulpverleners. Tielt, Lannoo, 2002
* Celis, C. (e.a.), Sierlijk en vlot. Deurne, Plantijn, 1986
* Oussoren-Voors, R., Schrijfdans. Van abstracte bewegingen tot concrete lijnen, deel 1. Rotterdam, Uitgeverij Schrijfdans, 1996
* VVKBaO, Lezen. Brussel, CRKLKO, 2000
* Centrale Raad van het Katholiek Lager en Kleuteronderwijs, Lezen. Basistekst. Brussel, 1993
* Colpin, M. (e.a.), Leesrijk school- en klasklimaat. Leuven, Garant, 2002
* Van Coillie, J., Leesbeesten en boekenfeesten. Hoe werken (met) kinder- en jeugdboeken ? Leuven, Davidsfonds/Infodok, 1999
* Smedts, W. en W. Van Belle, Taalboek Nederlands. Kapellen, Uitgeverij Pelckmans, 2003
* Bol, E., Leespsychologie. Groningen, Wolters-Noordhoff, 1982
* Ceyssens, M., Ik schreif faut. Omgaan met dyslexie. Gids voor ouders, leerkrachten en hulpverleners. Tielt, Lannoo, 2002
* VVKBaO, Taalbeschouwing. Brussel, CRKLKO, 2000
* Centrale Raad van het Katholiek Lager en Kleuteronderwijs, Taalbeschouwing. Basistekst. Brussel, 1996
A. Types
- hoorcollege
- groepswerk
- begeleide zelfstudie
- stage
B. Omschrijving
De inhouden komen aan bod via hoorcolleges waarin uiteraard heel veel praktische toepassingen en voorbeelden verwerkt zijn. Groepswerk, demonstratieactiviteiten en zelfstandige taken behoren eveneens tot de gebruikte methodes.
Werkcolleges.
A. Types
- schriftelijk examen
- permanente evaluatie
B. Omschrijving
* Schriftelijk examen : examen over de leerstof van het eerste semester
* Schriftelijk examen : examen over de leerstof van het tweede semester.
* Het onderdeel spellingvaardigheid maakt deel uit van elk examen
* Permanente evaluatie : taken