Een historisch-chronologisch overzicht van de Westerse filosofie waarbij het Griekse denken wordt geconfronteerd met het Semitische denken. Hierbij wordt vooral aandacht besteed aan het denken van de mens omtrent zijn relatie met de werkelijkheid (het universum, de wereld, de ander, zichzelf en god).
Vertrekkende vanuit een pleidooi voor een intellectueel lekenchristendom wordt een overzicht van het ontstaan van de moderne exegese gegeven. Vervolgens komt de Torah aan bod en worden de profeten behandeld. Dit gebeurt telkens in een algemeen deel en wordt geïllustreerd met een exemplarische lezing van perikopen.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 03. Kritisch reflecteren
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
C. Beroepsspecifieke competenties
- C03 Inhoudelijk expert.
- C05 Innovator-onderzoeker.
- C10 Cultuurparticipant.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
- Basiskennis omtrent het gebruik van de bijbel.
- Passieve kennis van Engels, Frans en Duits om teksten te kunnen lezen en begrippen te plaatsen.
A. Type
B. Verplichte leermiddelen
Op zoek naar de bronnen van het Westers denken.
Exegese van het ET.
Vakliteratuur.
C. Aanbevolen leermiddelen
A. Types
- hoorcollege
- begeleide zelfstudie
- labo en werkcollege
B. Omschrijving
A. Types
- mondeling examen
- permanente evaluatie
B. Omschrijving