Fysische revalidatie (2006-2007)

De cursus start met een algemene inleiding m.b.t. het werkterrein en de taak van een ergotherapeut in de 'fysische revalidatie'. Vervolgens wordt op basis van drie casussen de nodige 'basiskennis' voor een ergotherapeut in de F.R. meegegeven: enkele courante ziektebeelden ( Ziekte van Parkinson, M.S., C.V.A. , de totale knieprothese en de totale heupprothese), een aantal assessmentmethoden en diverse activiteiten of methodieken waarvan ergotherapeuten frequent gebruik maken in hun beroepspraktijk (mobiliserende en spierversterkende oefeningen, oefeningen ter verbetering van het evenwicht en de coördinatie, gewrichtsbescherming, ADL-training, advisering, patiëntenvoorlichting, interventies m.b.t. vrijetijdsbesteding en werkhervatting, cognitieve revalidatie en ontslagbegeleiding).

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 04. Projectmatig en methodisch handelen in functie van creatieve kennisontwikkeling
  • 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

  • 08. Teamgericht kunnen werken
  • 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
  • 10. Besef hebben van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C01 De ergotherapeut is in staat om via dossierstudie en ergotherapeutisch assessment een kwalitatief (be)handelplan uit te schrijven op maat van de cliënt.
  • C02 De ergotherapeut kan op basis van basiswetenschappelijke kennis en/of evidenced besed practice het (be)handelplan uitvoeren en begeleiden waarbij er bijzondere aandacht is voor het continue bijsturen van het proces.
  • C03 De ergotherapeut is in staat om paramedisch en agogisch te handelen om op een verantwoorde en methodische wijze aan verandering of behoud te werken.
  • C05 De ergotherapeut kan wetenschappelijke informatie zelfstandig verwerven en verwerken om zichzelf een proces van levenslang leren eigen te maken.
  • C06 De ergotherapeut kan op adequate wijze verschillende communicatieprincipes vlot toepassen en is in staat te interveniëren op het communicatieniveau van de cliënt en het cliëntsysteem.
Toelichting:
Basiscompetenties: - De studenten kunnen in algemene termen de taak van de ergotherapeut in een multidisciplinair revalidatieteam omschrijven. - De studenten hebben inzicht in de behandelde ziektebeelden en kunnen deze inzichten gebruiken bij het opstellen van doelstellingen en het ontwerpen van gepaste ergotherapeutische activiteiten. - De studenten hebben inzicht in een aantal assessment-methoden en kunnen deze gericht gebruiken bij het exploreren van de mogelijkheden en beperkingen van cliënten.- De studenten hebben inzicht in een aantal courante behandelprincipes en -methoden en kunnen deze inzichten gebruiken bij het opstellen van doelstellingen en het ontwerpen van gepaste ergotherapeutische activiteiten. Extra competenties: - De studenten kunnen een algemeen beeld schetsen van het werkterrein van de ergotherapeut in de fysische revalidatie. - De studenten kunnen de historische evolutie van het beroep en de actuele tendensen van de ergotherapie binnen de fysische revalidatie beschrijven. - de studenten zijn in staat om nuttige informatie m.b.t. eenvoudige thema's uit het vakgebied op te zoeken, te beoordelen en te synthetiseren.

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

Er is geen specifieke voorkennis vereist.

A. Type

  • cursus
  • audiovisueel materiaal
  • materiaal op leeromgeving
  • materiaal op WWW
  • Andere: enkele DVD's (eigen productie)
  • handboek

B. Verplichte leermiddelen

B. Op de Beeck, 2005, Ergotherapie in de fysische revalidatie. Niet gepubliceerde cursus, KHKempen, Geel, 153 p. Eilander H. e.a., Hersenletsel: achtergronden en aanpak, Lemma, Utrecht, 2006

C. Aanbevolen leermiddelen

A. Types

  • hoorcollege
  • oefenpracticum
  • groepswerk
  • labo en werkcollege

B. Omschrijving

A. Types

  • schriftelijk examen
  • praktische proef
  • paper/werkstuk

B. Omschrijving

Theorie: in januari en juni is er een schriftelijk examen waarin de leerstof van het voorbije semester getoetst wordt. Praktijk: in de loop van het jaar zijn er een aantal momenten voorzien tijdens de praktijklessen waarin de studenten hun praktische vaardigheden moeten bewijzen. De concrete informatie hierover wordt ruim opvoorhand tijdens de praktijklessen gegeven.
OA:
06022120
Code:
06022120
Vakcoördinator:
Bie Op de Beeck
Semester:
1+2
Studiepunten:
0
Onderwijstaal:
Nederlands