In het eerste jaar omvat de cursus een overzicht van de kunstgeschiedenis vanaf de prehistorie tot en met de Romaanse periode. Nadruk ligt vooral op de algemene karakteristieken van elke periode, op de historische context en op de belangrijkste kunstproducties. Wanneer nodig en relevant zullen ook kunstenaarsfiguren worden behandeld.
A. Algemene competenties
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
C. Beroepsspecifieke competenties
Toelichting:
Student moet in staat zijn grotere informatiestromen te synthetiseren en er de kerngedachten uit te distilleren. Verder is een zelfstandig opzoeken en verwerken van de talrijke visuele voorbeelden noodzakelijk. Het herkennen van dezelfde voorbeelden is hiervan dan een logisch uitvloeisel.
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
Voorkennis is in principe niet vereist. Een vooropleiding KSO op secundair niveau kan natuurlijk helpen. Tevens zijn een gezonde nieuwsgierigheid en een open geest erg aan te raden.
A. Type
B. Verplichte leermiddelen
Deze wordt opgegeven bij de aanvang der lessen en tijdens het verloop van het onderwijsproces.
C. Aanbevolen leermiddelen
A. Types
- hoorcollege
- begeleide zelfstudie
B. Omschrijving
A. Types
B. Omschrijving