De stage begint met een inleefstage van twee dagen. Daarin krijgen de studenten via observatie en participatie een duidelijk beeld van het beroep. Ze begeleiden ook al een eerste activiteit. Na de inleefstage oefent de student in het maken van lesvoorbereidingen. Daarvoor zijn demonstratielessen en proeflessen erg nuttig. De student geeft elke stageperiode ook een 6-tal lessen.Voor, tijdens en na de stage reflecteert de student. Dit zowel individueel (schriftelijk) als in groep (mondeling).
A. Algemene competenties
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
C. Beroepsspecifieke competenties
Toelichting:
- De student kan een lesvoorbereiding uitschrijven met oog voor gestructureerde inhoud en actieve werkvormen, betrokkenheid en welbevinden bij de lln. De nadruk ligt in 1ILLO op het maken van lesvoorbereidingen.
- De student geeft de les rekening houdend met de eigenheid van kinderen en school.
- De student maakt de transfer van theorie naar praktijk.
- De student reflecteert op zijn eigen handelen en stuurt zichzelf bij
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
geen specifieke voorkennis vereist
A. Type
B. Verplichte leermiddelen
Stagevademecum, Turnhout, KHK
C. Aanbevolen leermiddelen
A. Types
- begeleide zelfstudie
- labo en werkcollege
- stage
B. Omschrijving
A. Types
B. Omschrijving