Klankleer:
* lezen van fonetisch schrift
* elementaire noties van de klankleer
* specifieke problemen van Nederlandstaligen wat betreft de Franse uitspraak (contrastieve benadering)
Woordenschat:
* basiswoordenschat van het secundair onderwijs
* uitbreiding van de dagelijkse woordenschat en de dagelijkse uitdrukkingen
* woordenschatselectie uit authentiek taalmateriaal (zie cultuur)
Spraakkunst:
* opfrissen en verdiepen van de leerstof van het secundair onderwijs
* andere onderwerpen in functie van de behoeften van de student en de eventuele lesonderwerpen
* contrastieve en functionele benadering van de grammatica
Cultuur:
* onderwerpen aanleunend bij de actualiteit en/of de culturele achtergrond van de vreemde taal * interculturele verschillen en hun impact op de communicatie
Literatuur:
* lectuur van een drietal recente werken
* cursorische lectuur van een roman
A. Algemene competenties
- 02. Informatie verwerven en verwerken
- 06. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informaties, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken
- 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
- 09. Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën
C. Beroepsspecifieke competenties
- C03 Inhoudelijk expert.
- C10 Cultuurparticipant.
Toelichting:
Als inhoudelijk expert en onderzoeker ben je in staat om:
* de basiskennis (spraakkkunst en woordenschat) grondig te beheersen en verder uit te diepen * aandacht te hebben voor de juiste uitspraak van de taal en specifieke uitspraakproblemen van leerlingen te identificeren en te remediëren
* de nodige informatie ivm deze aspecten op te zoeken
Als cultuurparticipant kan je en ben je bereid om:
* inzicht in en kennis van de Franse cultuur en maatschappij in haar diverse aspecten te verwerven
* kennis te maken met de Franse literatuur aan de hand van enkele boeken
* de Franstalige actualiteit bij te houden
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
* Elementaire kennis van woordenschat en grammatica, zoals je die verworven hebt in het secundair onderwijs.
* Enige vertrouwdheid met het oefenen in de vaardigheden (lezen, luisteren, schrijven, spreken) in de vreemde taal.
A. Type
- handboek
- cursus
- audiovisueel materiaal
- materiaal op leeromgeving
- materiaal op WWW
B. Verplichte leermiddelen
* artikels en teksten, collegenotities
* De literatuurlijst wordt bij de aanvang van de cursus meegedeeld.
* Handboeken, zie boekenlijst.
C. Aanbevolen leermiddelen
Franstalige gesproken en geschreven pers, films,...
A. Types
- hoorcollege
- oefenpracticum
- groepswerk
- begeleide zelfstudie
B. Omschrijving
A. Types
- schriftelijk examen
- mondeling examen
- permanente evaluatie
B. Omschrijving
Schriftelijk en mondeling examen in januarie: 40%
Schriftelijk en mondeling examen in juni: 50%
Permanente evaluatie: 10%