De cursus elektrotechniek bestaat uit de volgende delen: driefasige systemen, niet gestuurde gelijkrichters, transformatoren, gelijkstroommachines, asynchrone wisselstroommachines en synchrone wisselstroommachines.
Het deel driefasige systemen gaat dieper in op het gedeelte driefasige systemen van de cursus elektriciteit van het tweede bachelorjaar. Hierbij komen volgende onderwerpen aan bod: spanningen en stromen in verschillende schakelcombinaties, driefasig vermogen, arbeidsfactorcompensatie en vermogenmetingen.
Het deel niet-gestuurde gelijkrichters bestudeert schema en signaalvormen van enkele veel voorkomende niet-gestuurde gelijkrichters (éénfasig en driefasig) voor verschillende belastingen (ohms, inductief en capacitief).
Het deel transformatoren bestudeert volgende onderwerpen: éénfasige transformator (opbouw, werking, equivalent schema, bedrijfstoestanden, etc), driefasige transformator (opbouw, equivalent schema, klokgetal, etc), parallelwerking van transformatoren, speciale transformatoren en enkele aspecten van constructie, en productie en distributie van elektrische energie in een vrije marktomgeving.
Het deel gelijkstroommachines bestudeert volgende onderwerpen: opbouw en werkingsprincipe van de gelijkstroommachine, bekrachtigingswijzen, stationair gedrag van de onafhankelijk bekrachtigde machine (karakteristieken, toerentalregeling, remmen, etc) en de universeelmotor.
Het deel asynchrone wisselstroommachines bestudeert volgende onderwerpen: opbouw en werking van een asynchrone machine, opwekken van het draaiveld, equivalent schema en koppel-toerental karakteristiek, gebruik van de asynchrone machine (starten, stoppen, toerentalregelen), en enkele aspecten van constructie.
Het deel synchrone wisselstroommachines bestudeert opbouw en werking van de synchrone machine, equivalent schema, stationaire karakteristieken, en enkele aspecten van constructie.
A. Algemene competenties
- 01. Denk- en redeneervaardigheid
- 04. Vermogen tot kritische reflectie
B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties
C. Beroepsspecifieke competenties
A. Volgtijdelijkheid
B. Competenties
Om de cursus elektrotechniek met succes te kunnen volgen moeten de studenten de studenten de wetten van het elektromagnetisme kennen, begrijpen en kunnen toepassen, de begrippen uit de gelijkstroom- en wisselstroomtheorie kennen en beheersen, gelijkstroom- en wisselstroomnetwerken bestaande uit bronnen, spoelen en condensatoren kunnen analyseren (overgangsverschijnselen en regimegedrag) en een basiskennis hebben van driefasige systemen. Een kleine basiskennis van elektronica is ook meegenomen.
A. Type
B. Verplichte leermiddelen
- Van Ham G. (2006).
Elektriciteit: wisselstroomtheorie. Onuitgegeven cursus voor het tweede jaar van de opleiding bachelor in industriële wetenschappen, Katholieke Hogeschool Kempen, Departement Industrieel Ingenieur en Biotechniek Geel.
- Van Ham G. (2006).
Niet gestuurde gelijkrichters. Onuitgegeven cursus voor het derde jaar van de opleiding bachelor in industriële wetenschappen in elektromechanica, Katholieke Hogeschool Kempen, Departement Industrieel Ingenieur en Biotechniek Geel.
- Belmans R. (2004).
Elektrische energie deel 1. Leuven: ACCO.
- Belmans R. (2004).
Elektrische energie deel 2. Leuven: ACCO.
C. Aanbevolen leermiddelen
A. Types
B. Omschrijving
A. Types
B. Omschrijving
partieel examen in januari over de gedeeltes: driefasige systemen, diodegelijkrichters, transformatoren, en productie en distributie van elektriciteit in een vrije marktomgeving.
partieel examen in juni over de gedeeltes: gelijkstroommachines, asynchrone wisselstroommachines, en synchrone wisselstroommachines.