Farmacognosie (2006-2007)

De cursus farmacognosie tracht studenten vertrouwd te maken met begrippen zoals farmacognosie en fytotherapie. Het onstaan van de wetenschap farmacognosie wordt uitgelegd en de impact dat dit heeft op de huidige geneeskunde. Er wordt dieper ingegaan op verschillende inhoudstoffen van medicinale planten die (mede)verantwoordelijk zijn voor de therapeutische activiteit.
Studenten maken kennis met de lijsten die internationaal zijn opgesteld met betrekking tot het gebruik van medicinale planten voor bepaalde, welgedefinieerde pathologieën en met verschillende plantaardige bereidingen die in de Belgische Farmacopee zijn opgenomen.

A. Algemene competenties

  • 01. Denk- en redeneervaardigheid
  • 02. Informatie verwerven en verwerken
  • 03. Kritisch reflecteren
  • 07. Een ingesteldheid tot levenslang leren hebben

B. Beroepsgerichte/ Algemeen wetenschappelijke competenties

C. Beroepsspecifieke competenties

  • C01 De BLter kan doordacht wetenschappelijke informatie en kennis aanwenden om een kwalitatief hoogstaande functionaliteit te garanderen.
Toelichting:
° Studenten kunnen de farmacognosie als wetenschap definiëren en kennen het onstaan ervan. ° Studenten begrijpen frequent gebruikte begrippen en kunnen ze verklaren. ° Studenten kennen het onderscheid tussen verschillende geneeswijzen. ° Studenten weten dat er plantenlijsten bestaan en beheersen de kennis over de inhoud en de betekenis ervan. ° Studenten beheersen de kennis over de verschillende werkzame inhoudstoffen van medicinale planten

A. Volgtijdelijkheid

B. Competenties

Een heel scala van werkzame inhoudstoffen zijn verantwoordelijk voor het gebruik van medicinale planten. De kennis van deze verschillende groepen is noodzakelijk voor de beoordeling van medicinale planten en afgeleiden met betrekking tot activiteit, efficaciteit en toxiciteit. Op basis van plantenmateriaal worden verschillende bereidingen gemaakt welke beschreven zijn in de Belgische Farmacopee en op nationaal niveau zijn er plantenlijsten opgesteld met therapeutische indicaties. Om hiervan een globaal beeld te hebben is het nodig dat men voldoende kennis heeft van deze verschillende Farmacopeebereidingen evenals van de officiële plantenlijsten van planten.

A. Type

  • cursus

B. Verplichte leermiddelen

Sabine Van Miert, 2006. Farmacognosie. Niet-gepubliceerde cursus, KHK, Geel.

C. Aanbevolen leermiddelen

A.J. Vlietinck en J. Totté; Geneeskrachtig planten; gids bij de verzamelingen van de Nationale Plantentuin. Nationale Plantentuin van België; 1985. J. Van Hellemont; Fytotherapeutisch compendium. Scheltema & Holkema BV, Utrecht; 1988. A. Hasler, B. Meier, OK Sticher; Botanische analytische und pharmakologische Aspekte: Ginkgo biloba. Schweiz Apotheker-Zeitung; Journal suisse de Pharmacie, 1990. S. von Kruedener, I. Hagemann en B. Zepernick; Geneeskrachtig planten; oude kennis herontdekt. Nationale Plantentuin van België; 1999.

A. Types

  • hoorcollege

B. Omschrijving

A. Types

  • schriftelijk examen

B. Omschrijving

OA:
06021382
Code:
06021382
Vakcoördinator:
Sabine Van Miert
Semester:
1
Studiepunten:
0
Onderwijstaal:
Nederlands